Badda-Chiari-syndroom

Dit is een vrij zeldzame ziekte. Het Badda-Chiari-syndroom wordt bij één persoon voor honderdduizend gediagnosticeerd. De ziekte is geassocieerd met een defect van de lever. Meestal wordt het gediagnosticeerd bij vrouwen van middelbare leeftijd. Maar van tijd tot tijd met de ziekte komen ook jongere patiënten tegen.

Oorzaken van de ziekte van Badda-Chiari

Badda-Chiari-syndroom - obstructie van de leveraders. Met deze ziekte worden de aderen versmald, waardoor de normale bloedstroom in de lever wordt verstoord. Tegelijkertijd kan het lichaam niet goed functioneren.

De oorzaak van de ziekte kan bestaan ​​uit aangeboren afwijkingen van de leveraders. De volgende factoren dragen bij aan de ontwikkeling van het syndroom:

Budda-Chiari-syndroom kan zich ontwikkelen op de achtergrond van langdurig gebruik van anticonceptie of na chirurgische interventie. Soms verschijnt de ziekte na zwangerschap en bevalling.

Symptomen van het Badd-Chiari-syndroom

Onderscheid tussen acute en chronische vormen van de ziekte. Dit laatste komt in de meeste gevallen voor. Manifestaties van de ziekte kunnen variëren afhankelijk van de vorm. Zo kan bijvoorbeeld de chronische ziekte van Budda-Chiari lang onopgemerkt blijven. En in latere stadia zijn er symptomen zoals misselijkheid, braken, pijnlijke gevoelens in het rechter hypochondrium. De lever neemt toe en wordt dikker. Soms ontwikkelt cirrose zich.

De acute vorm van Budd Chiari manifesteert zich door symptomen zoals hevige pijn en braken. Wanneer de ziekte zich naar de onderste holle aderen verspreidt, kan de patiënt gezwollen benen worden, een vasculair reticulum verschijnt op de voorste buikwand. De ziekte ontwikkelt zich zeer snel en binnen een paar dagen kan de patiënt worden vastgesteld met ascites.

Kenmerkend voor de meeste leverziekten, het symptoom - geelzucht - is zeldzaam in het Boeddha-Chiari-syndroom.

Behandeling van het Badda-Chiari-syndroom

In de vroege stadia wordt medische therapie overwogen, waarbij diuretica en coagulanten worden gebruikt, maar dit levert niet altijd positieve resultaten op.

Typisch, Badda-Chiari-syndroom wordt operatief behandeld in een ziekenhuisomgeving. De beste optie is de toepassing van anastomose. In bijzonder moeilijke gevallen kan zelfs een levertransplantatie nodig zijn.