Introspectie als methode om de psyche te bestuderen, werd voor het eerst onderbouwd door J. Locke. De techniek is om je eigen psyche te observeren zonder normen en hulpmiddelen te gebruiken. Het impliceert diepgaande studie en cognitie door de persoonlijkheid van de eigen activiteit: gedachten, gevoelens, beelden, denkprocessen, enz.
Het voordeel van de methode is dat niemand een persoon beter kan kennen dan hijzelf. De belangrijkste nadelen van introspectie zijn subjectiviteit en vertekening.
Tot de 19e eeuw was de methode van zelfobservatie de enige methode van psychologisch onderzoek. In die tijd vertrouwden psychologen op de volgende dogma's:
- bewuste processen kunnen niet van buitenaf worden gekend;
- de processen van bewustzijn kunnen alleen aan het subject zelf worden onthuld.
Eigenlijk werd de methode van introspectie en introspectie in de praktijk gebracht door de filosoof J. Locke. Hij verdeelde alle kennisprocessen in twee soorten:
- Observatie van objecten van de externe wereld.
- Reflectie - interne analyse, synthese en andere processen gericht op het verwerken van informatie ontvangen van de buitenwereld.
Mogelijkheden en beperkingen van de methode van introspectie
De methode van introspectie is niet ideaal. Sommige obstakels kunnen zich voordoen tijdens het onderzoek:
- de methode van mentale zelfbeheersing is niet het eigendom van alle mensen, het moet doelgericht worden opgeleid en de psyche van kinderen is op deze manier volledig ontoegankelijk voor onderzoek;
- functionele nutteloosheid van de methode;
- tegenstrijdige resultaten;
- subjectiviteit van de introspection-methode.
Redenen voor beperkingen:
- De onmogelijkheid om het proces uit te voeren en tegelijkertijd te observeren, daarom is het noodzakelijk om de rottende loop van het proces te observeren.
- De complexiteit van het onthullen van de oorzaak-gevolgrelaties van de bewuste sfeer, omdat je te analyseren en onbewuste mechanismen: verlichting, herdenking.
- Reflexie draagt bij aan de bleekheid van de gegevens van bewustzijn, hun vervorming of verdwijning.
De methode van analytische introspectie werd door psychologen beschreven als de perceptie van dingen door structurele elementaire sensaties. Aanhangers van deze theorie begonnen structuristen te worden. De auteur van dit concept was de Amerikaanse psycholoog Titchener. Volgens zijn proefschrift zijn de meeste onderwerpen en verschijnselen die door mensen worden waargenomen, combinaties van gewaarwordingen. Dus, deze methode van onderzoek is een mentale analyse die een sterk georganiseerde zelfobservatie van een persoon vereist.
Systematische introspectie is een methode om iemands bewustzijn te beschrijven door sombere ervaringen, dat wil zeggen sensaties en beelden. Deze techniek werd beschreven door een volgeling van de Würzburg-school door de psycholoog Külpe.
De methode van introspectie en het probleem van introspectie
Introspectionists bieden om de hoofden van de belangrijkste processen en zelfobservatie achter deze processen te verdelen. Het probleem van introspectie is dat een persoon alleen in staat is om de processen die voor hem openstaan te observeren. In tegenstelling tot de methode van introspectie verwijst introspectie naar de producten van het bewustzijn als afzonderlijke verschijnselen, in plaats van reguliere verbanden.Tegenwoordig wordt de introspectiemethode in de psychologie samen met de experimentele methode toegepast om hypothesen te testen en primaire gegevens te verzamelen. Het wordt alleen gebruikt om gegevens te verkrijgen, zonder verdere interpretatie. Observatie wordt uitgevoerd over de eenvoudigste mentale processen: representatie, sensatie en associaties. In het zelfrapport zijn er geen speciale technieken en doelen. Alleen de feiten van introspectie voor verdere analyse worden beschouwd.