Lymfatische leukemie - symptomen

Oncologische schade aan lymfeweefsels en bepaalde organen wordt lymfatische leukemie genoemd. De ziekte wordt gekenmerkt door een verhoogde ophoping van witte bloedcellen in biologische vloeistoffen, beenmerg, lever en milt. Om pathologie met succes te bestrijden, is het noodzakelijk om lymfocytische leukemie tijdig te diagnosticeren - de symptomen manifesteren zich sneller in de acute vorm van de ziekte, maar het chronische type kan gemakkelijk worden bepaald.

Tekenen van acute lymfatische leukemie

Klinische manifestaties van kanker zijn verschillend afhankelijk van de aard van de ziekte.

In acute vorm heeft lymfoblastische leukemie een uitgesproken symptomatologie:

Wanneer het centrale zenuwstelsel wordt aangetast, zijn er ook ernstige hoofdpijn, prikkelbaarheid, braken en duizeligheid.

Het bloedbeeld bij acute lymfatische leukemie wordt gekenmerkt door de accumulatie van onrijpe blastcellen (de voorlopers van lymfocyten) in het beenmerg en het bloed. Er zijn ook veranderingen in de samenstelling van de perifere biologische vloeistof. Het bloeduitstrijkje verschilt van normale indices door de afwezigheid van tussenstadia van celontwikkeling, er zijn alleen volledig gerijpte componenten en ontploffingen.

Andere symptomen van lymfatische leukemie in overeenstemming met bloedanalyse:

Symptomen van chronische lymfatische leukemie

De beschouwde vorm van de ziekte wordt het vaakst gediagnosticeerd, vooral bij vrouwen ouder dan 55 jaar.

Helaas worden de klinische manifestaties van de chronische aandoening pas in de late stadia merkbaar, aangezien dit type lymfocytische leukemie zich zeer langzaam ontwikkelt en nauwelijks in de vroege stadia merkbaar is.

Symptomen van pathologie zijn zeer divers:

De bloedtest voor lymfatische leukemie in chronische vorm wordt ook gekenmerkt door neutropenie en trombocytopenie. Dit betekent een scherpe pathologische afname van het aantal neutrofielen (minder dan 500 in 1 kubieke millimeter) en bloedplaatjes (minder dan 200 duizend cellen in kubieke kubieke meter) biologische vloeistof.

Tumorlymfocyten hopen zich op in de lymfeklieren, perifeer bloed en beenmerg. Organisch zijn ze volledig rijp, maar zijn niet in staat om hun directe functies uit te voeren en worden daarom als inferieur beschouwd.

Het is vermeldenswaard dat door de geleidelijke toename van lymfocyten uiteindelijk de cellen van het beenmerg volledig worden vervangen (met 80-90%). Niettemin kan de productie van normale weefsels niet worden vertraagd, waardoor de ontwikkeling van anemie wordt belemmerd en de diagnose van de ziekte aanzienlijk wordt gecompliceerd.