Transactionele analyse

Methoden voor transactionele analyse werden voorgesteld door de Amerikaanse psychotherapeut Eric Berne in 1955. Vervolgens werd de techniek gebruikt en geperfectioneerd door vele getalenteerde psychotherapeuten. Technieken van transactionele analyse stellen mensen in staat zichzelf te begrijpen en hun gedrag te begrijpen. Dit is nodig voor mensen die psychische problemen hebben, moeite hebben met communiceren. Transactionele analyse helpt de oorzaak van conflicten te begrijpen en manieren te vinden om ze te elimineren.

Basisvoorzieningen en concepten van transactionele analyse

Transactionele analyse wordt soms een communicatieanalyse genoemd, omdat het een persoon evalueert door interactie met andere mensen. Basisprincipes van de techniek van transactionele analyse zijn de volgende uitspraken:

  1. Alle mensen zijn normaal, elke persoon heeft een gelijk recht op respect voor zichzelf en voor zijn mening. Elke persoon heeft belang en gewicht.
  2. Alle mensen hebben het vermogen om te denken, behalve in gevallen van aangeboren of verwondingen of bewusteloosheid.
  3. Mensen bouwen zelf hun eigen bestemming en zijn in een positie om hun leven te veranderen zonder de eerdere beslissingen na te streven.

De basisstelling is de mening dat dezelfde persoon, in verschillende situaties, kan handelen op basis van een van de ego-toestanden. Transactionele analyse onderscheidt 3 ego-toestanden: het kind, de volwassene en de ouder.

De essentie van transactionele analyse

Zoals hierboven al vermeld, worden in de psychologie, ten behoeve van transactionele analyse, drie ego-toestanden onderscheiden: een kind, een ouder en een volwassene.

  1. De egostaat van het kind wordt gekenmerkt door natuurlijke motivaties die bij het kind ontstaan. Het omvat ervaringen uit de vroege kindertijd, attitudes, reacties op zichzelf en andere mensen. Zo'n toestand wordt uitgedrukt als het oude gedrag dat eigen is aan een persoon in zijn jeugd. De toestand van het kind is verantwoordelijk voor de creatieve manifestaties van de mens.
  2. De ego-toestand van een volwassene hangt niet af van de leeftijd van een persoon. Het komt tot uitdrukking in de wens om objectieve informatie te ontvangen en in het vermogen om de huidige realiteit waar te nemen. Deze toestand kenmerkt een georganiseerde, goed aangepaste en vindingrijke persoon. Hij handelt door de werkelijkheid te bestuderen, zijn vermogens sober te beoordelen en erop te rekenen.
  3. De ego-toestand van de ouder omvat de attitudes die de persoon van buitenaf heeft gevolgd, meestal van zijn eigen ouders. Uiterlijk komt deze toestand tot uiting in een zorgzame en kritische houding ten opzichte van andere mensen en verschillende vooroordelen. De innerlijke toestand van de ouder wordt ervaren als ouderlijke moralisering, die nog steeds van invloed is op het kleine kind dat in ieder van ons zit.

Elk moment van tijd komt overeen met een van deze toestanden en de persoon gedraagt ​​zich er overeenkomstig mee. Maar waar is de transactiviteit, waarom wordt de analyse zo genoemd?

Het feit is dat de transactie de eenheid van communicatie wordt genoemd, die twee componenten heeft: de stimulus en de reactie. Als we bijvoorbeeld de telefoon opnemen, zeggen we een groet (stimulus), waardoor de gesprekspartner het gesprek begint (dat wil zeggen, we verwachten zijn reactie). Bij het communiceren (dat wil zeggen, het uitwisselen van transacties), interacteren de egotoestanden van de gesprekspartners met elkaar en hoe succesvol deze interactie zal zijn, hangt ervan af of we onze staat en de status van de gesprekspartner echt kunnen beoordelen.

Er zijn drie soorten transacties: parallel (communicatie tussen peers, de reactie complementeert de stimulus), kruisende (de richtingen van de stimulus en reacties zijn tegengesteld, bijvoorbeeld een scherp antwoord op de alledaagse vraag) en verborgen (de persoon zegt niet welke gebaren en gezichtsuitdrukkingen komen niet overeen met woorden).

Bovendien beschouwt transactionele analyse dergelijke concepten als een scenario en een antisscenario van het menselijk leven. Scenario - dit zijn de instellingen, die in onze jeugd bewust of onbewust is vastgelegd door onze ouders (opvoeders). Het is duidelijk dat niet altijd zulke instellingen kloppen, ze breken vaak het leven van een persoon af, dus ze moeten van de hand doen. Voor dit doel worden zogenaamde antiscenario's (tegenscenario's) gebruikt. Maar bij het samenstellen van een dergelijk antiscenario doet een persoon het niet altijd goed, hij begint alles te veranderen, zelfs de attitudes van ouders die goed en noodzakelijk voor hem zijn. Daarom moet eraan worden herinnerd dat als gevolg van transactionele analyse het levensscenario moet worden herzien, maar competent, rekening houdend met alle positieve en negatieve reeds bestaande partijen.