Groene bonen - goed en slecht

In de 16e eeuw werden er groene bonen meegenomen uit Amerika, maar helaas wisten de Europeanen het niet meteen te waarderen en begonnen ze pas 200 jaar later te eten. Voordien werd het in tuinen uitsluitend voor decoratieve doeleinden gebruikt, omdat het zeer mooie bloemen en krullen zijn.

Aanvankelijk werd alleen graan gebruikt voor voedsel, maar na een tijdje probeerden de Italianen de peulen zelf, die aangenaam waren naar smaak en ook zachtaardig.

Wat is handig voor groene bonen?

Groene bonen hebben veel positieve eigenschappen. Het vergemakkelijkt bijvoorbeeld de ziekte met bronchitis, verbetert het spijsverteringsstelsel, behandelt huidaandoeningen, reuma , versnelt het herstel van intestinale infectieziekten en het bevordert de vorming van erytrocyten - rode bloedcellen.

Een andere groene snijboon is nuttig voor mensen die lijden aan diabetes. Het ding is dat het arginine bevat, waarvan de werking vergelijkbaar is met insuline, en het zal heel goed zijn als een diabetische patiënt een liter van een mengsel van wortelsap, groene bonen, spruitjes en groene bonen voor een dag kan drinken. Dit mengsel draagt ​​bij tot de productie van insuline in het lichaam.

Calorische inhoud van groene bonen

Groene bonen worden vaak aanbevolen voor mensen die op een dieet zitten of gewoon willen afvallen, omdat het wordt beschouwd als een caloriearm dieet. Het bevat slechts 25 kcal per 100 gram. Bovendien is het rijk aan vitamines, foliumzuur en caroteen. Het is ook rijk aan mineralen zoals ijzer, zink, kalium, magnesium, calcium, chroom en andere elementen die een gunstig effect op ons lichaam hebben.

Voedingsdeskundigen raden aan om in de voeding van sperziebonen alle 40-plussers op te nemen en het minstens 2 keer per week te eten.

Voordeel en schade van groene bonen

Wat betreft de nuttige eigenschappen van deze prachtige plant, hebben we ze gevonden, maar er zijn ook contra-indicaties. Groene bonen zijn gecontra-indiceerd bij mensen die lijden aan exacerbatie van chronische gastritis, maagzweren en zweren aan de twaalfvingerige darm, cholecystitis en colitis.