Spraak in de psychologie

Het concept van spraak in de psychologie wordt ontcijferd als een systeem van door de mens gebruikte geluidssignalen, geschreven notaties voor de overdracht van informatiebagage. Sommige onderzoekers zijn ook beschreven als een proces van materialisatie en overdracht van gedachten.

Spraak en taal in de psychologie is een systeem van conventioneel geaccepteerde symbolen die helpen om woorden over te brengen, in de vorm van een combinatie van geluiden die een bepaalde betekenis hebben voor mensen. Het verschil tussen taal en spraak ligt in het feit dat taal een objectief, historisch gevormd woordensysteem is, terwijl spraak een individueel psychologisch proces is van de vorming en overdracht van gedachten door taal.

Functies van spraak in de psychologie

Psychologie beschouwt spraak in de eerste plaats als een van de hogere mentale functies van de mens. De structuur ervan valt samen met de structuur van elk ander type activiteit. Spraak omvat:

Taal fungeert als een hulpmiddel voor bemiddeling in spraak.

Overweeg vervolgens de belangrijkste functies van spraak.

  1. Significant of nominatief. De essentie van het is om aan te duiden, naam, objecten en verschijnselen om ons heen. Dankzij dit systeem is wederzijds begrip tussen mensen gebaseerd op het aanvankelijk gebruikelijke systeem van aanduiding van objecten, zowel praten als waarnemen van informatie.
  2. Generaliseren. Het gaat over het feit dat het de leidende tekens, essenties en objecten identificeert en hen in groepen verenigt volgens een aantal vergelijkbare parameters. Het woord duidt niet een enkel object aan, maar een hele groep objecten die er op lijkt en altijd de drager is van hun opvallende kenmerken. Deze functie is onlosmakelijk verbonden met het denken.
  3. Communicatief. Biedt informatieoverdracht. Het verschilt van de bovengenoemde twee functies doordat het een manifestatie heeft, zowel in mondelinge als in geschreven taal. Dit verschil hangt samen met interne psychologische processen.

Soorten Spraak - Psychologie

In de psychologie zijn er twee hoofdtypen spraakactiviteit:

1. Extern. Het omvat zowel mondelinge als schriftelijke taal.

2. Intern. Een speciaal soort spraakactiviteit. Want interne spraak is enerzijds karakteristiek, fragmentatie en fragmentatie, anderzijds sluit het de mogelijkheid van onjuiste perceptie van de situatie uit. Als u echter wilt, kunt u de interne dialoog stoppen.

Communicatie en spraak in de psychologie combineren deze twee soorten spraakactiviteit, omdat in de beginfase innerlijke spraak erbij betrokken is, en dan wordt externe spraak gebruikt.

De psychologie en cultuur van spraak zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. De cultuur van spreken is de organisatie van taalkundige middelen, die onder moderne omstandigheden de meest laconieke en informatieve expressie in een bepaalde levenssituatie op een zodanige wijze mogelijk maakt dat de luisteraar de ontvangen informatie juist waarneemt. Daarom moet je, als je een beschaafd en hoogst intelligent persoon wilt lijken, niet alleen je uiterlijk en gedrag, maar ook je spraak bekijken. Het vermogen om correct te spreken, wordt te allen tijde zeer gewaardeerd en als je deze vaardigheid onder de knie kunt krijgen, zullen alle deuren voor je opengaan.